Amersfood,  Story of my life

Zeg nooit nooit | Inbrekers in huis

Mirthe is erg bang voor inbrekers. Al jaren wil ze ’s avonds eerst het halve huis controleren om zeker te zijn dat er ramen dicht zitten, er niemand op de werkkamer zit…laat staan onder haar bed.

Geloof ons nou, er komen echt geen inbrekers hier, alles zit goed dicht!

Zeg nooit nooit

inbrekers 1Want een tijdje geleden gebeurde het toch. Na een mooie vrijdagavond in Het Lokaal kwamen Rinke en ik – voor de verandering best op tijd – thuis. Het was een mooie avond, waarbij ik zelfs een beetje trots was op alle hartjes en bloemetjes in mijn cappuccino’s… Er lag een gedroogde hortensia op de bank in de voortuin. Ik grapte nog ‘nou ja, hebben de meiden die buiten gelegd?’ en maakte er een foto van om naar oma te sturen, waar Mirthe en Jelka logeerden.

De deur van de woonkamer botste tegen de deur van de trapkast.

Hoe kon die nou open staan? Zijn de poezen in de kamer gebleven?

Hoe komt de platenkoffer dan midden in de kamer?

Langzaam vielen de puzzelstukjes op zijn plaats. De lade met lego stond open. Opbergbakken waren onder de tv-kast weggetrokken. In de keuken zagen we wat er was gebeurd. Er lag glas op de vloer, afkomstig van het keukenraam.

Geluk bij ongeluk?

inbrekers 2Met een grote koevoet is het raam uit de haken getrokken, het beslag deels uit de kozijnen gerukt. Het is met brute kracht gedaan, want het dubbele glas was gebarsten en van het binnenste raam lagen er stukken glas op de grond. Een snelle inventarisatie leerde dat de inbrekers door het hele huis zijn gegaan. De laptops die weg waren, ach, dat is jammer maar helaas. Dat op zolder werkelijk alles uit de kasten getrokken is, op zoek naar sieraden, is minder leuk. Het bed lag vol met rommel. Ze hebben alleen het goud meegenomen. Geluk bij een ongeluk: het meest dierbare sieraad, de oude antieke zilveren ketting van mijn oma lag er nog. Gelukkig! (Even voor de inbrekers, die ketting ligt daar niet meer hoor…ik ben geen ezel.)

Inbrekers: brutale apen

inbrekers 3Veel mensen vragen of ik me nu onveilig voel in mijn eigen huis. Dat gevoel heb ik niet. Ik ben eerder boos. Boos dat mensen zo brutaal zijn dat ze schade aanbrengen aan iemand huis. Voor zo’n buit van niks, want er is echt geen grote slag geslagen. Hopelijk staan we nu op een zwarte inbrekerslijst: “Bij die Van ’t Holts valt niet veel te halen hoor…” 

Brutale apen. Ook helemaal naar zolder. Wat nou als we nóg eerder thuis waren? We waren al ruim een uur eerder dan normaal. Stond er iemand op de wacht? Ben je dan op tijd beneden en weer dat keukenraam uit? Hadden we ze betrapt? Ik moet er niet aan denken!

De politie zegt dat inbraken ’s winters vooral rond half acht, acht uur plaatsvinden. Dan is het al wel donker, maar kijken buren niet gek op als er gestommel klinkt in het huis naast je. Als dit zo is, dan zijn ze op een tijd geweest dat echt de halve Kreek de hond uitlaat. Goed, ons huis ligt in een donker hoekje, maar toch. Ik vind het lef hebben hoor! En brutaal, hondsbrutaal. En stom.

Zeg nooit nooit…

Want, hoe moet ik Mirthe nu uitleggen dat ze niet bang moet zijn? Zeggen dat er heus geen inbrekers komen, dat gelooft ze nu natuurlijk niet meer. Een felle sensorlamp boven de voordeur, een extra balk in de schuifpui en extra goede sloten op het raam helpen vast een beetje. Ik zeg nooit meer ‘nooit‘, hooguit ‘misschien‘.

Leave a Reply

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

%d bloggers liken dit: